Zoopreme over dans en powermoves: “Wij maken iets simpels gewoon écht nice”
Afgelopen december won Zoopreme de Undisputed Masters VI in Malmö. Nagenoeg een thuiswedstrijd, aangezien het Zweedse stadje met een autorit over de Øresundbrug nog geen drie kwartier verwijderd is van het Deense Kopenhagen, waar hij als Rico Coker opgroeide. Sowieso is ’thuis’ een rekbaar begrip voor Rico, die als danser bij The Ruggeds ook regelmatig in Eindhoven verblijft.
Opvallend aan Rico’s overwinning op deze internationale b-boy-competitie was de manier waarop hij dit klaarspeelde. Hoewel Zoopreme aardige powermoves in huis heeft, ligt de nadruk in zijn stijl toch écht op dans. En daarmee, zo legt hij uit, gaat hij eigenlijk terug naar hoe het ooit begon: “In het begin deed iedereen dezelfde moves. Die maakte je interessant door er een persoonlijke touch aan toe te voegen en dan is het belangrijk dat je ook gewoon kunt dansen op een beat.”
“Voor sommigen is dat de originele vorm van breaken”, vervolgt hij. “Ik heb in de zeventien jaren dat ik actief ben veel mensen gezien die on beat hun persoonlijkheid gebruiken, maar er was wel een tijd waarin moves echt belangrijk waren. Mensen waren goed in gekke moves of gekke shapes en het vasthouden van rare posities, maar ik heb het idee dat mensen nu weer meer gaan denken over dans en persoonlijkheid en steez.”
Ter illustratie haalt Rico The Ruggeds aan: “Er zitten veel mensen bij die gekke dingen doen. Omdat ik uit Scandinavië kom is mijn bewegingspatroon heel anders. Ik heb niet dezelfde creativiteit of flexibiliteit als andere guys in de crew, dus hoe maak ik mijn manier van breaken interessant? Ik ben goed in dansen, dus ik probeer te dansen met alles wat ik doe, in mijn dans en in mijn moves. Ik ga letterlijk back to basics en ik maak die basics interessant.”
Uiteraard heeft Zoopreme een mooi voorbeeld paraat: “De tap mill is zo’n basic move. Mensen uit Scandinavië zijn daar echt goed in. Als iemand er drie of vier doet kun je direct zien of hij daar vandaan komt. Ik en die boys: ik heb echt goeie tap mills, die zien eruit als een move. Als Niek een tap mill moet doen, is die niet zo goed als de mijne, maar hij is weer veel creatiever.”
“Denemarken is een land van de traditionele bewegingen: 3 steps; 6 steps; een baby freeze; ground powers. Die dingen, maar dan heel goed. Niet precies zoals Amerikanen, maar met een rare twist, want in Scandinavië is het koud dus de mensen zijn stijf. Het ziet er wat anders uit, maar mooi, met echte shapes en finesse. In Nederland komen boys uit verschillende landen, als Suriname en Indonesië. Zij zijn wat flexibeler en misschien wat creatiever. In Denemarken zijn vooral Deense mensen en heb je niet zoveel verschillende culturen. Niet op hetzelfde level als Nederland. En in de break is dat nog minder.” En daarom, stelt Rico, ligt in Scandinavië de focus op het zo interessant mogelijk maken van de basics: “Wij maken iets simpels gewoon écht nice.”
