120 artiesten maken Berenkuil weer kleurrijk: ‘Grootste openluchtmuseum van Nederland’
Dit artikel is verschenen in het Eindhovens Dagblad op 9 juni 2019. Geschreven door Jesper de Vaan.
Met zo’n 2.000 spuitbussen toverden meer dan honderd graffitiartiesten de gehele Berenkuil weer om tot een groot kleurig kunstwerk tijdens de tiende editie van Step in the Arena dit weekend.
Door de hele Berenkuil klinkt het onophoudelijk gesis van de spuitbussen. Zij aan zij werken zo’n 120 artiesten aan het stukje Berenkuil dat hen is toegewezen. ,,De Berenkuil is het grootste openluchtmuseum van Nederland”, zegt medeorganisator Vincent Huibers. “En een museum met een steeds wisselende collectie.”
Het is de tiende keer dat ze Step in the Arena organiseren. ,,We zijn professioneler geworden in die tien jaar, maar in essentie is het nog steeds hetzelfde festival: de afmetingen van de Berenkuil veranderen niet. Het duurt een paar edities om alle kinderziektes eruit te krijgen.” Zo hebben ze bijvoorbeeld geleerd om bij het sprayen vooraf (het aanbrengen van een zwarte onderlaag waarop de artiesten hun werk aanbrengen, red.) niet meer van beneden naar boven te werken, nadat een van de auto’s voor het stoplicht ook van een nieuwe verflaag werd voorzien.
Begon met biertjes en een busje
Het begon in 2009 met een busje met wat biertjes en spuitbussen, nu is Step in the Arena het grootste graffitifestival in de wereld met een internationale line-up en duizenden bezoekers. Omdat dit vooral gezinnen met kinderen en mensen van buiten het wereldje zijn, laten de namen van de artiesten bij velen geen belletje rinkelen. Toch slaagde Step in the Arena er al na een paar edities in de top van de graffitiwereld naar de Berenkuil te halen.
Voor de Fransman Fokus, wiens muur bestaat uit een haast klassiek portret van een vrouw met daarover een abstract samenspel van paarse lijnen en strepen, was het een eer toen ze hem vroegen. ,,Ik ken het festival zo’n 5 jaar en voor mij is het een van de toonaangevende festivals. Er is hier veel variatie in stijlen. Van de typische letters tot realistisch.” Dit jaar komt ongeveer de helft van de artiesten uit het buitenland. Huibers: ,,We hebben een budget om voor twintig artiesten de reis en verblijfkosten te betalen. De rest krijgt spuitbussen.”
Zelfs de Dixi’s
Zijn we net getuige van zo’n eindafrekening als hij drie Engelsen wijst waar de cans liggen? Huibers schudt zijn hoofd. ,,Omdat ieder jaar alle Dixis volgeschreven teruggaan, heeft de eigenaar, het bedrijf Boels, dit jaar voorgesteld om er maar echt een kunstwerk van te maken.” Na de Berenkuil en de Dixi wacht voor dertig artiesten morgen nog een klus: de roze muur tussen het Philips Stadion en Strijp-S tijdens Step out of the Arena.
Allemaal werken ze in dezelfde kleuren – roze/rood/oranje -, verder hebben ze carte blanche. Een van hen is de lokale artiest Fleks, die in Eindhoven vooral bekend is door zijn in GTA-stijl opgezette interpretatie van de stad bij Area 51. ,,Juist step out of the arena, waarbij je naar andere plekken in de stad gaat, heeft ervoor gezorgd dat graffiti steeds meer geaccepteerd wordt.” Voor hem fungeert de stad al meer dan tien jaar als zijn doek, inmiddels is zijn werk te zien tot aan Taiwan. ,,Maar het is extra speciaal om in Eindhoven iets neer te zetten, omdat het hier gezien wordt door de mensen die ik ken.”
Bekijk het originele artikel op de website van het Eindhovens Dagblad.
